Faalangst en beelddenken

Faalangst, het is geen fijn gevoel. Kinderen die faalangst hebben, hebben constant het gevoel dat ze moeten presteren. Ze leggen de lat voor zichzelf heel erg hoog. En als iets dan niet lukt verminderd het zelfvertrouwen, ze krijgen nog meer faalangst, vaak ook nog een laag zelfbeeld  en de lat gaat nog hoger.

Faalangst is ook een veelgehoord probleem bij beelddenkers. Beelddenkers denken op een andere manier. Dat geldt natuurlijk ook voor kinderen op school. Kinderen die in beelden denken verwerken de lesstof op een andere manier dan hun klasgenootjes. Ze doen ontzettend hun best om mee te komen met hun vriendjes en vriendinnetjes, maar het lukt niet zo goed. Jij als ouder snapt er niets van, want je denkt: “Ze kan het toch makkelijk? Waarom lukt het niet?” De leraar begrijpt het ook niet meer.  “Er zit veel meer in dan eruit komt” is dan 

ook een veelgehoorde zin.   

Doordat ze zo proberen om mee te komen en het maar niet lukt, worden ze onzeker. Het gevolg is vaak dat de punten naar beneden gaan en ze krijgen steeds vaker het gevoel dat ze het niet kunnen. Het maakt ze heel onzeker, en doordat ze zo onzeker worden, krijgen ze vaak ook last van faalangst.

Maar wat is nu faalangst?

Faalangst betekent eigenlijk heel simpel angst om te mislukken. Doordat ze zo graag willen bewijzen dat ze het wel kunnen, leggen ze de lat voor zichzelf heel erg hoog, haast onrealistisch. Als ze voor zichzelf hier niet aan kunnen voldoen, hebben ze in hun ogen gefaald. Ze vinden zich niet goed genoeg. Met als gevolg dat ze een negatief zelfbeeld gaan ontwikkelen.

Beelddenker?

Kinderen die in beelden denken, lopen hier heel vaak tegenaan. Ze kunnen het wel, maar doordat de lesstof niet aansluit bij hun manier van leren, lukt het niet. Ze denken anders en daardoor moet de lesstof ook op een andere manier worden aangeboden. Beelddenkers zijn visueel ingesteld. Maar de huidige lesstof is ingesteld op woorddenkers, ook wel taaldenkers genoemd. Op het moment dat je de lesstof op een andere manier, meer visueel, gaat aanbieden, zal het leren veel makkelijker gaan. Dit geldt voor alle kinderen. Kinderen op de basisschool moeten leren hoe het alfabet gaat om te kunnen leren lezen. Maar ook het automatiseren van de sommen, zodat ze de tafeltjes kunnen leren.

Maar denk ook aan klokkijken. Dit kan voor beelddenkers ook behoorlijk lastig zijn.

Maar ook pubers op de middelbare school kunnen vaak last hebben van faalangst. Want misschien zijn ze door de basisschool vrij gemakkelijk heen gekomen, maar op de middelbare school lukt het niet meer. Ze weten niet hoe ze hun huiswerk moet plannen. Hoe ze verslagen of samenvattingen moeten maken. Ze zitten uren te leren, maar de punten blijven laag. Ze raken gedemotiveerd, willen niet meer naar school, worden ontzettend onzeker en hup, daar komt ook de faalangst erbij. Want zeker op deze leeftijd is het lastig. Waarom lukt het ze toch niet?

Wat kun je hier nu aan doen?

Op school is het belangrijk dat de lesstof anders wordt aangeboden. Beelddenkers denken vanuit het geheel. Ze leren top-down. En dan stukje voor stukje voor stukje wordt het een geheel. Als je de lesstof anders gaat aanbieden, zullen ze het beter gaan begrijpen. Ze kunnen dan beter meekomen en het zelfvertrouwen groeit. De faalangst zal afnemen waardoor ze beter in hun vel komen te zitten.

Voor thuis, maar ook voor de omgeving,  is het belangrijk dat het kind zich gezien en gehoord voelt. Probeer thuis ook om duidelijkheid te geven bijvoorbeeld door het maken van een planbord. Dit geeft rust in het hoofd, want ze weten waar ze aan toe zijn. Maak afspraken of taken ook visueel. Wanneer je het voor een beelddenker visueel maakt, pakken ze het makkelijker op.

Herken je nu veel uit dit artikel bij je kind en kun je wel wat hulp gebruiken, neem dan vrijblijvend contact met mij op. Dan kijken we samen wat ik voor jullie kan doen.